Nederlandse aardappelinnovatie kan de wereld voeden
China is gefascineerd door de voedingskwaliteiten van de aardappel en behoort nu tot de grootste producent. Rijst en graan zijn een belangrijke bron van energie, maar niet van voedingsstoffen en de aardappel is dat wel. Dus als de bevolking groeit of men wil beter en gezonder eten, dan is de aardappel ideaal en dat beseft China heel goed. Het zal niet lang meer duren of die obsessie zal als een olievlek over Azië uitspreiden en voor Nederland liggen hier enorme kansen om met nieuwe technieken de wereld te veroveren.
Miljoenen mensen wereldwijd eten steeds vaker aardappels, zegt Melanie Peters, directeur van het Rathenau Instituut. Wat betreft de aardappeloogst en op het gebied van duurzaamheid valt er een wereld te winnen. Die kansen worden alleen benut als overheid en bedrijven daar tijdig op inzetten. Dit wordt mede gestuurd door de publieke druk die maatschappelijke organisaties uitoefenen op de sector, en door regelgeving en het kennis- en innovatiebeleid van overheden. Voor een vruchtbare toekomst voor de aardappelsector zijn dus zowel bedrijven, maatschappelijke organisaties als de overheid aan zet.
Maatschappelijke impact nieuwe technologieën
Maar om die kansen te benutten, acht het Rathenau Instituut dat tijdige sturing noodzakelijk is. De sector en overheid moeten blijven innoveren en investeren in kennisontwikkeling. Het instituut, dat onderzoek doet naar de maatschappelijke impact van nieuwe technologieën, ontwikkelde drie scenarios om de toekomst van de aardappelteelt te kunnen inschatten. Hiervoor gingen onder meer boeren, veredelaars en milieuorganisaties samen in gesprek.
Door hybride aardappelveredeling, een nieuwe veredelingsmethode van Nederlandse bodem, kunnen rassen sneller worden aangepast. Ook komen aardappelrassen als zaadjes beschikbaar, die makkelijker te bewaren en vervoeren zijn dan de huidige aardappelknollen. Deze innovatie biedt mogelijkheden voor een aardappelteelt die duurzamer is en tot hogere opbrengsten kan leiden in verschillende klimaatzones en omstandigheden. Het Rathenau Instituut denkt dat dit mogelijk ook een alternatieve methode vormt voor het genetisch modificeren van gewassen.
Behouden koppositie
Uit onderzoek van het Rathenau Instituut blijkt verder dat de nieuwe technologie goed moet worden ingebed om bij te kunnen dragen aan maatschappelijke opgaven. De ontwikkeling van nieuwe rassen vraagt om een innovatieve markt. De overheid kan dit stimuleren met behulp van wet- en regelgeving, genenbanken en publieke kennisinstituten. Daarnaast moeten marktpartijen gebruik blijven maken van een diversiteit aan genen, rassen en teeltsystemen. Om een koppositie te behouden, is het van belang dat overheid en sector samen blijven investeren in kennis als basis voor een nieuw verdienmodel binnen de aardappelketen.
Een mening over dit artikel? Reageer op onze Twitter, Facebook, Instagram of LinkedIn. Een opinieartikel is ook van harte welkom. Mail dan even met de redactie (redactie@agrio.org). Geïnteresseerd in de andere artikelen van VORK? Word abonnee, vraag een gratis proefnummer aan en schrijf je in voor de tweewekelijkse Vork-nieuwsbrief. Student? Wellicht is het speciale studentenabonnement dan iets voor jou.
Tekst: Reinout Burgers Beeld: Pixabay